Juridisch werk is eigenlijk nooit echt af, vind ik. Jurisprudentie, doctrine, praktijkervaring kunnen tot een andere adviesrichting leiden dan oorspronkelijk ingezet. Of zoals ik een bestuurder een keer hoorde zeggen: “Zet 10 juristen naast elkaar en ze vinden allemaal wat anders”.

Wanneer is het tijd om te stoppen? Wanneer weet je zoals een schilder weet dat hij geen penseelstreken meer moet zetten. Bij elk juridisch traject kan dat een andere afweging zijn. Bijvoorbeeld een politiek, strategisch gevoel bij de adviseur of een plots ontstane tijdsdruk.

Het belang dat altijd voorop blijft staan is dat van de adviesvrager: wat heeft deze nodig? Dit betekent dat er dus wel eens geadviseerd moet worden veel eerder dan de jurist eigenlijk zou willen. Maar dit hoeft niet bezwaarlijk te zijn. Ook een – in de ogen van de jurist – onaf advies kan de ontvanger al de gewenste voldoening bieden en door zijn eenvoud mooi zijn.

Net zoals de kathedraal van Malaga in Spanje. De zuidelijke toren is wegens geldgebrek nooit afgebouwd en toch schuilt er schoonheid in dit onvoltooide werk. De kathedraal onderscheidt zich op deze manier van andere kathedralen en heeft misschien daardoor wel meer cultuurhistorische waarde gekregen….