In Nederland groeit de armoede en wordt bestaanszekerheid steeds belangrijker. Armoede houdt in dat basisbehoeften niet gegarandeerd zijn. Vooral kinderen uit gezinnen met een laag inkomen en zzp’ers lopen risico. Kinderen gaan soms zonder eten naar school, zzp’ers hebben geen recht op een werkloosheidsuitkering. Ook zijn er werkende armen en alleenstaanden die niet kunnen rondkomen. Hoewel ze vaker hulp zoeken bij maatschappelijke diensten, is die door bezuinigingen niet altijd beschikbaar.
Bestaansonzekerheid leidt tot negatieve gezondheidseffecten, zoals zorgmijding en stress gerelateerde kwalen. Voor kinderen in armoede vermindert het de mogelijkheden om maatschappelijk mee te doen. In Nederland dient iedereen gelijke kansen te krijgen op het gebied van gezondheid en maatschappelijke participatie. Dit is verankerd in de grondwettelijke verplichtingen van de overheid.
Artikel 22 van de Grondwet: ‘(1) De overheid treft maatregelen ter bevordering van de volksgezondheid. (2) Bevordering van voldoende woongelegenheid is voorwerp van zorg der overheid. (3) Zij schept voorwaarden voor maatschappelijke en culturele ontplooiing en voor vrijetijdsbesteding.’
In zowel de politiek als de samenleving groeit de focus op het bestrijden van armoede en het waarborgen van levenszekerheid. Dit is ook duidelijk naar voren gekomen in de verkiezingsprogramma’s voor de nationale verkiezingen van 2023.
Bestaanszekerheid kent vier pijlers: een stabiel inkomen, werkgelegenheid, menswaardigheid en basale woon- en zorgvoorzieningen. Deze zijn cruciaal voor een solide gezondheidszorg. Financiële stress kan immers een negatieve invloed hebben op zowel fysieke als mentale gezondheid. Omgekeerd kan een slechte gezondheid ook leiden tot financiële moeilijkheden als de zorgkosten niet meer op te brengen zijn.
Hoe kunnen we de meest kwetsbare individuen beschermen tegen maatschappelijke uitsluiting, stress en eenzaamheid? De zorgsector kan een sleutelrol spelen in het verminderen van deze kwetsbaarheid en het bevorderen van gelijkwaardigheid. De eerste stap is het herzien van de huidige wetgeving. Verschillen in gezondheid die zijn gerelateerd aan de financiële situatie kunnen verder gedeeltelijk worden voorkomen door preventie. Een gecoördineerde aanpak van het Rijk, gemeenten en gezondheidsorganisaties is hierbij essentieel. Tegemoetkomingen zijn nodig om de financiële last van hoge zorgkosten te verzachten. Zorg die niet in het basispakket zit, is voor velen onbetaalbaar geworden. Gereduceerde tarieven voor financieel kwetsbare groepen zijn een deel van de oplossing. Zorgverzekeraars zouden beleid moeten formuleren om deze tarieven in de praktijk te brengen en te bevorderen.
BOUF werkt actief aan innovatieve en haalbare oplossingen om als beroepsgroep in de zorg bij te dragen aan het thema bestaanszekerheid. Of dit nu is door zelfregulering of het mobiliseren van middelen voor een specifiek actieplan. Onze ervaring met de Mondzorgalliantie heeft al geleid tot een praktische leidraad voor het vergoeden van essentiële mondzorg voor financieel kwetsbare groepen.