Begin april heeft de RVS op verzoek van het ministerie van VWS een advies uitgebracht over de toekomst van de eerstelijnszorg. Eind juni hebben (demissionaire) ministers Kuipers en Helder een reactie gegeven op dit advies.

In tegenstelling tot de RVS willen de ministers álle zorg- en hulpverleners in de eerste lijn optimaal inzetten, omdat de personele capaciteit dé beperkende factor wordt. Het kernteam in de wijk moet een stevige en belangrijke positie in de toekomst krijgen en daar horen meer spelers bij dan alleen de huisarts en wijkverpleegkundige. Daarnaast zien de ministers in ieder geval voor de openbaar apotheker een belangrijke rol in het kernteam, omdat de apotheker een herkenbaar en aanspreekbaar punt is voor veel mensen met een zorgvraag.

Verder schrijft de RVS in het advies dat de essentiële functies en waarden van eerstelijnszorg verzwakt worden door beleidsmatige keuzes. De ministers onderschrijven dit en erkennen dat het beleid niet in alle gevallen positief bijdraagt aan bijvoorbeeld de waarden continuïteit, integraliteit en samenhang. Ze benadrukken dat er andere stappen nodig zijn om de toegankelijkheid van de zorg te borgen, maar dat het nu eenmaal niet mogelijk is om álle waarden even belangrijk te maken. De politieke en beleidsmatige afweging hangt af van de context die voortdurend verandert.

Bij het vormen van de visie op de eerste lijn, formuleren de ministers naar aanleiding van het RVS advies vijf punten die zij willen laten terugkomen in de visie:

  1. De notie dat niet alles meer kan; keuzes zijn nodig, ook in de eerste lijn.
  2. We onderschrijven de waarden en functies uit het RVS-advies; dit betekent onder meer dat de eerste lijn verantwoordelijkheid voor een populatie draagt.
  3. Op wijkniveau moet een eerstelijnskernteam met een niet-vrijblijvende opdracht aan de slag als herkenbaar en aanspreekbaar punt in de wijk.
  4. Personele capaciteit wordt optimaal ingezet; dit vraagt onder meer een andere invulling van de poortwachtersrol en het regiebehandelaarschap.
  5. Op regioniveau organiseert de eerste lijn zich sterk en gemandateerd, waardoor één aanspreekpunt ontstaat en het wijkniveau gefaciliteerd wordt.

Hoe verder?

Het advies biedt genoeg concrete adviezen en aanknopingspunten om de komende periode samen met het veld verder te bouwen aan een toekomstbestendige eerste lijn. De ministers zijn in gesprek met de veldpartijen om de visie en het plan van aanpak af te ronden. Verder gaan de ministers op basis van de visie voor het plan van aanpak als overheid (VWS, maar ook NZa, IGJ en het Zorginstituut) bekijken welke wet- en regelgeving aangepast moeten worden bij het realiseren van de visie. Ze schuwen er daarbij niet voor dat in het stelsel zelf veranderingen moeten plaatsvinden. BOUF Legal houdt de ontwikkelingen voor u in de gaten.